Jurisprudentie

Filter
13-04-2023
Rechtbank Limburg, ECLI:NL:RBLIM:2023:2568

Kort geding. Handel. Gestelde concurrerende activiteiten onvoldoende duidelijk om op grond daarvan en binnen het bestek van dit kort geding, waarin in beginsel geen ruimte is om nader bewijs bij te brengen door bijvoorbeeld het horen van getuigen en deskundigen, voorshands te kunnen oordelen dat aan de zijde van de bestuurder sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 4.2 sub e van de aandeelhoudersovereenkomst.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

13-04-2023
Rechtbank Limburg, ECLI:NL:RBLIM:2023:2567

Kort geding. Franchisegever meent dat aandelen in franchisenemer in strijd met de franchiseovereenkomst zijn overgedragen, nu deze niet eerst aan franchisegever zijn aangeboden. Franchisegever vordert openheid van zaken inzake de overdracht van de aandelen. Deze vordering wordt afgewezen. Ook al zou franchisenemer in strijd met de franchiseovereenkomst hebben gehandeld, dan dient franchisegever te onderbouwen dat zij een rechtens te respecteren belang heeft hierbij. Dat heeft franchisegever niet gedaan. Ook de vordering tot (terug)levering van de aandelen aan franchisegever wordt afgewezen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

12-04-2023
Rechtbank Gelderland, ECLI:NL:RBGEL:2023:2074

Vorderingen van franchisenemer afgewezen. Klachtenprocedure opgenomen in het handboek niet van toepassing op deze situatie. Franchisegever heeft niet onrechtmatig gehandeld jegens franchisenemer, tevens geen sprake van handelen in strijd met artikel 7:912 BW. Ook is niet gebleken dat franchisenemer in haar eer en goede naam is aangetast. Vordering tot rectificatie wordt afgewezen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

05-04-2023
Rechtbank Den Haag, ECLI:NL:RBDHA:2023:4731

Franchisenemer heeft zijn hamburgerrestaurant moeten sluiten wegens geuroverlast. Hij houdt de franchisegever, twee adviseurs en de leverancier van de afzuiginstallatie aansprakelijk voor zijn schade. De rechtbank komt tot de conclusie dat de franchisegever de zorgplicht heeft geschonden die op hem rustte op grond van de gesloten intentieverklaring. Ook het aannemersbedrijf heeft zijn zorgplicht geschonden die op hem rustte op grond van de gesloten overeenkomst van opdracht. Schade aan de zijde van de franchisenemer zal bij eindvonnis worden begroot. Franchisegever heeft terecht de franchiseovereenkomst ontbonden, nu de franchisenemer zijn informatieplicht heeft geschonden. Hoogte boete die franchisenemer verbeurt jegens franchisenemer vanwege schendig informatieverplichting zal bij eindvonnis worden vastgesteld. Overige gevorderde boetes zijn afgewezen.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

30-03-2023
Rechtbank Limburg, ECLI:NL:RBLIM:2023:2287

Kort geding. Handel. Gedaagde (franchisegever) heeft de betalingsverwerkingsdienst (een derde) geïnstrueerd de voor eiseres (franchisenemer) bestemde lidmaatschapsgelden deels niet uit te betalen. Vorderingen van eisers worden afgewezen. Niet ter discussie staat dat gedaagde een instructiebevoegdheid heeft op grond waarvan zij de betalingsverwerkingsdienst kan instrueren de voor de franchisenemer bestemde lesgelden niet door te betalen. Gedaagde heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat franchisenemer tekort is geschoten in de nakoming van de franchiseovereenkomst.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

22-03-2023
Rechtbank Rotterdam, ECLI:NL:RBROT:2023:2488

DNZB Franchise is jegens Zorg Parel toerekenbaar tekortgeschoten onder de Franchiseovereenkomst en is daarom aansprakelijk voor de door Zorg Parel als gevolg hiervan geleden schade. Rechtbank heeft de te vergoeden schade vastgesteld na deskundigenbericht.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

15-03-2023
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, ECLI:NL:RBZWB:2023:1702

Afwikkeling geëindigde franchiseovereenkomst. Boetevordering wegens schending non-concurrentiebeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

15-03-2023
Rechtbank Noord-Holland, ECLI:NL:RBNHO:2023:2636

Franchiseovereenkomst. Niet voldaan aan de standstill-periode uit artikel 7:914 lid 1 BW.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

28-02-2023
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, ECLI:NL:GHSHE:2023:658

Opzegging franchiseovereenkomst. De bedrijfseconomische en strategische argumenten van de franchisegever voor opzegging zijn voldoende aannemelijk gemaakt. Gelet op de jarenlange relatie tussen partijen, de verwachtingen bij franchisenemer tot het moment van de mededeling op 15 juli 2020 dat de franchiseovereenkomst niet zou worden beëindigd, de omstandigheid dat franchisenemer geen verwijt kan worden gemaakt van de opzegging en de afhankelijke relatie waarin de franchisenemer zich bevindt, acht het hof de opzegging zonder deze te vergezellen van een (passend) aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. De franchisegever heeft zich onvoldoende rekenschap gegeven van de belangen van de franchisenemer bij haar opzegging. Volgt verwijzing naar de schadestaat.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

28-02-2023
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, ECLI:NL:GHSHE:2023:659

Opzegging franchiseovereenkomst. De bedrijfseconomische en strategische argumenten van de franchisegever voor opzegging zijn voldoende aannemelijk gemaakt. Gelet op de jarenlange relatie tussen partijen, de verwachtingen bij franchisenemer tot het moment van de mededeling op 15 juli 2020 dat de franchiseovereenkomst niet zou worden beëindigd, de omstandigheid dat franchisenemer geen verwijt kan worden gemaakt van de opzegging en de afhankelijke relatie waarin de franchisenemer zich bevindt, acht het hof de opzegging zonder deze te vergezellen van een (passend) aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. De franchisegever heeft zich onvoldoende rekenschap gegeven van de belangen van de franchisenemer bij haar opzegging. Volgt verwijzing naar de schadestaat.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.